Caïssa 2 piekt zich naar lijfsbehoud.

Caïssa 2 heeft zich in een bloedstollende gemeenschappelijke finale in eigen huis ook voor volgend verzekerd van een plaats in de eerste klasse. In de beste wedstrijd van het seizoen werd Castricum met 4½-3½ verslagen. Doordat MAC kansloos was tegen MSC werd zelfs nog beslag gelegd op de vijfde plaats in de eindrangschikking.

De dreiging van het degradatiespook was levensgroot. We stonden zevende en hadden de laatste twee ronden genadeloos aan de broek gehad, terwijl onze tegenstander juist om stoom was gekomen en de laatste twee duels in hun voordeel hadden beslecht. Castricum kwam met het sterkst mogelijke achttal naar Hoorn en hadden een gemiddelde rating die bijna 100 punten hoger was dan die van Caïssa. Reden voor coach Erwin Brouwer om een "tactische" opstelling te kiezen. De eerste twee borden met de sterke Heleen van Arkel en Sander Mossing Holsteijn "gaf hij op" om op de lagere borden terug te kunnen slaan tegen de mindere garde van Castricum. Het zou goed uitpakken.

De enige Caïssa speler die geen goede partij speelde was ik zelf. De opening – een altijd lastig Morra gambiet – doorstond ik wel redelijk maar ik liet enkele kansen liggen om goed orde op zaken te stellen (bijvoorbeeld door een tweede pion te winnen). In plaats daarvan speelde ik wat mindere zetten die onmiddellijk gevolgen hadden. Uiteindelijk blunderde ik een loper weg in een stelling die al het ergste deed vrezen. 0-1 en de taak voor de rest was alleen maar zwaarder geworden.

Maar er was geen reden tot wanhoop. Erwin speelde op bord vijf zijn beste bondspartij van het seizoen. Hij kon in de openingsfase al een stuk winnen, wat hem kennelijk ontging, maar hij hield steeds een veel betere stelling. Ook op de andere lage borden kregen we snel prettig ogende stellingen.

Evenwel ook op de opofferingsborden ging het helemaal niet onaardig. Hans de Vries op bord twee had veel meer ruimte in een wat ineengeschoven stelling, en Gerrit Roos stond steeds prima en had alleen maar een constante tijdsachterstand. Wat wel wat vervelend was dat er nogal wat stellingen waren met ongelijke lopers. Dit was het geval bij Lex Griffioen en bij Dirk Lont. Lex en Dirk wonnen allebei een pion; ook Michel Montenegro pikte een pionnetje mee.

Naar mate de tijdnoodfase naderde ging het bij Hans de Vries wat minder. De ingeschoven stelling was toch uitgeklapt en dat ging ten koste van een pion voor onze man, spoedig gevolgd door een tweede (dubbel) pion. Lichtpunt was de grote tijdsvoorsprong van Hans. Frans Kragten kon niet veel uitrichten en hier werd tot remise besloten. Dit gebeurde even later ook bij Lex; de pion extra had in die stelling met ongelijke lopers geen enkel voordeel. Erwin liet diverse kansen op een snelle winst liggen maar bleef overwegend staan. Uiteindelijk wist hij toch binnen te dringen en toen was het snel over. Het was jammer dat hij zijn goede spel niet eerder verzilverd had maar toch speelde hij een fraaie partij, en nog belangrijker: het was 2-2.

De eerste tijdnoodfase was voorbij en nu ging het er om spannen. MAC stond op flinke achterstand tegen MSC. Het was daar 4-1 en de partij leek op 6-2 uit te draaien. Dat betekende dat, als wij 3½ bordpunt zouden halen, we zowel op match punten als op bordpunten gelijk met MAC zouden staan. Volgens Aart Strik zou dan de onderlinge ontmoeting (4½-3½ voor Caïssa) beslissend zijn, maar dat wist hij niet zeker. Bovendien zou dan Aartswoud nog kunnen toeslaan. Ze stonden achter tegen Waagtoren maar hadden nog een paar sterke stellingen; zouden zij onverhoopt toch winnen dan konden MAC en Caïssa nog zomaar het bokje kunnen zijn. Een 4-4 tegen Castricum zou in elk geval voldoen. Diverse Caïssa supporters en leden hielden zich dus ook bezig om accurate voorspellingen te doen over de partijen van Aartswoud en MAC. Zo’n gezamenlijke finale voegt toch heel wat toe!

Maar het waren uiteindelijk de resterende 4 spelers die zouden het moeten doen. Gerrit stond niet slechter maar had veel te weinig tijd. Hans stond nog achter maar had veel meer tijd. Deze borden leken te gaan verliezen. Michel had een goede maar ingewikkelde stelling maar weinig tijd. En Dirk moest een pluspion verzilveren met nog een toren en ongelijke lopers op het bord.

Dirk speelde het heel strak uit. Hij hield de torens op het bord en gebruikte zijn loper als verdediger die als een duveltje uit een doosje kon schieten. En hij bracht zijn koning goed in de strijd. Zijn tegenstander stelde hier wat heen en weer geschuif tegenover. Toen deze een wanhoopsaanval aanging sloeg Dirk snel toe. Eerst pakte hij een tweede pion en toen spon hij een matnet voor de in hevige tijdnood verkerende tegenstander. Klasse. Michel haalde zijn tijdsachterstand zo goed als in en won nog een paar pionnen waardoor het eindspel glad gewonnen was. Maar dat zegt niet veel met twee klokken op vallen. Michel kon evenwel de stukken ruilen en daarmee kreeg zijn leger vrijpionnen vrij baan.

Toen de Castricumse tegenspeler zijn hand uitstak brak er een storm van schouderklopjes, high fives en handenschudden uit. Natuurlijk naar de man toe die het beslissende punt binnensleepte, maar ook naar de andere teamleden, en ook vele Caïssianen die geen zet in het tweede gespeeld hebben toonden zich dolblij. Het rondje dat het team van Peter Holscher kreeg was daar maar één voorbeeld van.

Het was 4-2 en de laatste partijen deden er niet meer echt toe. Gerrit werd er door de tijdnood uiteindelijk afgespeeld. Jammer, want schakend had hij niks onder gedaan aan de voormalig Nederlands kampioene. Maar goed; tijd is een essentieel deel van het spel. Hans leek verloren te staan maar kon nog afwikkelen naar een eindspel dat potremise was. Hij stond inmiddels achter op tijd maar Mossing Holsteijn liet het niet op "door de vlag jagen" aankomen en gaf sportief remise.

 

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *