Het dagje wel

“Het was me het dagje wel.”, zo kon de gemiddelde Caïssiaan vaststellen. Voor een gewone competitieavond viel er heel wat te beleven op de clubavond van 8 februari.

Allereerst was daar de bondswedstrijd van Caïssa 1 tegen MSC. De ploeg uit Den Helder staat te boek als een waardige opponent, maar dit keer was er weinig van te merken. Inspirator is de stoomwals Ploeger, die er in de externe een gewoonte van maakt binnen drie kwartier zijn tegenstanders op te brengen in partijtjes die net een paar zetten langer duren dan het herdersmat. In zijn kielzog werd het achttal uit de marinestad weggevaagd. Aan de 7½-½ was niets geflatteerd.

Het gemiddelde van het eerste is waanzinnig. Op 40 borden werden tot nu toe 32 punten gehaald; slechts drie partijen gingen verloren. De statistieken op de NHSB website spreken dan ook zeer tot de verbeelding. Zes spelers hebben een TPR van boven de 2000, en in de topscorelijst bezetten we van de eerste zes plekken alleen de vierde plek niet. En de ongelukkige die een score van “slechts” 60% heeft wordt bestempeld als de zwakke broeder in het gezelschap.

Daarnaast was er de bondswedstrijd van Caïssa 3 tegen Heerhugowaard 2. Zo snel de spelers uit het eerste het score formulier kleur gaven, zo rustig aan deden de spelers uit het derde het. Op een bepaald moment waren de 20 partijen uit de interne allemaal afgelopen en zat bij Caïssa 1 alleen Erik van Tooren nog te schaken, maar waren alle acht strijders uit het derde nog bezig. Arend Stapel brak de magie: een paar minuten voordat Erik de eindstand bij die andere wedstrijd bepaalde liet hij de eerste remise aantekenen tegen voormalig Caïssiaan Ralf Versluis.

Arend zal zich misschien niet bewust zijn geweest van de kans die hij gemist heeft. De kans dat op 36 partijen alleen de acht partijen van één bondswedstrijd nog bezig zijn. Statistisch gezien is die kans 1 op 30.000.000. Anders gezegd: het is iets dat eens in de 750.000 jaar voorkomt bij een club. Had je niet een paar minuten kunnen wachten met die remise? Ook Erik mag zich zijn getreuzel aanrekenen trouwens.

De partij tussen Gerrit Roos en Willem van den Akker op bord 2 ging gepaard met de nodige onregelmatigheden. Eerst speelde Van den Akker een onreglementaire zet, die alleen door de wedstrijdleider werd vastgesteld. Het is jammer dat de procedure in dit soort gevallen kennelijk niet beter bekend is: De klok stilzetten; het vergrijp vaststellen en de overtreder bestraffen met een tijdstraf. Nu kostte het de Caïssiaan dure seconden die niet zonder gevolgen hadden kunnen blijven. Gerrit (zonder matpotentieel) claimde even later remise omdat de klok van Willem was gevallen. Maar de klok van Gerrit bleek ook gevallen en de digitale schaakklok gaf aan dat de Hoornse speler het eerst door zijn quotum heen was. Dus was er reden voor discussie: de claim was gedaan door Gerrit, maar zijn vlag is als eerste gevallen. Is het niet zo dat de partij remise is als beide vlaggen gevallen zijn? Het reglement geeft dat aan als onmogelijk is vast te stellen welke vlag als eerste viel. Had de wedstrijdleider het vallen niet moeten constateren? Uiteindelijk bood Van den Akker Gerrit de hand aan ten teken dat hij de zaak niet op de spits wilde drijven. Hiermee eindige de hele wedstrijd ook in een gelijkspel.

Aan de bar bleek dat Caïssa 2 2 punten had meegenomen uit Heiloo. Ze staan bovenaan maar moeten nog aantreden tegen de nummers twee en drie. Niemand kan ze de promotie misgunnen na hun onfortuinlijke degradatie van vorig seizoen.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *