Als het dinsdag is, moet dit De Huesmolen zijn (47)

Komende zaterdag heeft Caïssa zijn derde bondswedstrijd. Het uitduel tegen Aartswoud is de enige West-Friese derby in de promotieklasse, ervan uitgaande dat de meeste West-Friezen alleen de oostelijke helft van het gebied binnen de Omringdijk als West-Friesland beschouwen.

 

 

 

 

 

Aartswoud is een van de regionale schaakverenigingen waar het altijd prima toeven is. Een club ook met een mooie historie. In het najaar van 1987 verscheen het door Rob Bijpost geschreven jubileumboek ‘Vijftig jaar schaak in Aartswoud’, waarin natuurlijk de oprichting ter sprake komt. Enkele jongens die lid zijn van de gymnastiekvereniging, lopen op dinsdagavond op weg naar de training langs het huis van meester Noë en zien hem voorovergebogen achter een schaakbord zonder tegenstander zitten. De jongens gymmen in de achterzaal van café Visser, terwijl de meester in het voorcafé wel eens biljart. Van het een komt het ander en op een gegeven moment speelt Noë een simultaanwedstrijd tegen de jeugd. Op donderdag 9 december 1937 volgt de tweede stap. Onder voorzitterschap van meester Noë wordt Schaakclub Aartswoud opgericht.

Overigens gaat de plaatselijke schaakhistorie nog langer terug, zoals er in Hoorn al voor 1922 (het oprichtingsjaar van Caïssa) werd geschaakt. Het is bekend dat er ver voor 1900 schaakwedstrijden waren in Hoogwoud, De Gouwe en Lambertschaag. In 1887 waren bijvoorbeeld D. Kooijman uit Opmeer en W. Vijn uit Hoogwoud de prijswinnaars van een toernooi in De Gouwe, maar kwamen er ook deelnemers uit Andijk, Venhuizen en Spierdijk. Ik ben altijd benieuwd hoe ze naar die wedstrijden reisden.

Denkend aan schaakclub Aartswoud kun je niet om het snelschaaktoernooi heen. Het verhaal gaat dat in 2001 Igor Glek op vrijdagavond belde om te vragen of hij de volgende dag nog mee kon doen. Dat was geen probleem, maar de grootmeester kwam daarna met een dringend verzoek. Of de organisatie hem zaterdag om 18.00 uur op het station in Hoorn af kon zetten. Want dan kon hij met de trein naar Parijs, waar hij zondag een toernooi had.

Igor Glek won het Wiba-snelschaaktoernooi, met een half punt voorsprong op Manuel Bosboom en Erik Knoppert. Oud-Caïssa-lid Wilko van der Gracht – dit seizoen intern spelend bij Aartswoud – speelde toen een belangrijke rol. Hij won in de eerste ronde van Knoppert en was later op de dag dicht bij een stunt tegen Glek. Met zijn vlag op vallen kon de grootmeester nog net op tijd een mataanval afronden, geholpen door een mindere zet van zijn tegenstander.

De viering van het tweede lustrum betekende tevens het einde van het snelschaaktoernooi. In 2002 maakte ik mijn debuut op het evenement en behaalde in groep 3 zeven overwinningen. Er waren ook vier verliespartijen, onder anderen tegen de toenmalige schaaktalenten Michael Lie (lid van Aartswoud) en Tjerk Sminia (lid van Schaakmat uit Noord-Scharwoude), die me onaangenaam verrasten met hun goede eindspeltechniek. Na elf ronden werd Jos Vlaar (Attaqueer) eerste, Tjerk Sminia tweede en Bert van Burgel, Klaas Langedijk (ook van Aartswoud), Michael Lie en ik deelden de derde prijs: een enveloppe met vijf euro daarin.

Aartswoud was in het seizoen 2003-2004 kampioen geworden van de eerste klasse A en debuteerde in de promotieklasse met een mooie vierde plaats. Daarna werd de ploeg achtereenvolgens zesde, zevende, vijfde, zesde, tweede en vijfde. Opvallend is dat in het debuutseizoen (2004-2005) Jeroen Bakker, Marc Helder, Tobias Hendriks, Rob van den Heuvel, Wouter Laan, Peter Roskam, Jan Stapel en Yvo Veenis voor de solide promotieklasser speelden en dat nu nog steeds doen.

Er zijn veel herinneringen aan de vereniging. En Aartswoud is ook de schaakclub die in Hoogwoud zetelt en het Huis van Egmond als speelzaal heeft. Als je dat allemaal op de tomtom intikt, krijg je geheid kortsluiting.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *