Wat mij maar ook andere ambitieuze schakers behoorlijk chagrijnig maakt , is het niet kunnen winnen van een gewonnen stelling. Je speelt een paar uur een geweldige partij en tegen de tijd dat er geoogst moet gaan worden, help je een winnende stand om zeep.

Een mooie illustratie van dit fenomeen deed zich afgelopen dinsdag voor in mijn partij tegen Erik van Tooren en recentelijk in de bondswedstrijd bij KTV tegen Adri Haakman.

Als zoiets mij overkomt, moet ik na thuiskomst middernacht even gauw Fritz raadplegen. Het missen van een combinatie of het niet goed doorrekenen bezorgt me geheit een slapeloze nacht.

Ik zal deze 2 partijen wat nader beschouwen. Opnieuw zou er weer een aanval komen op de koppositie in de interne en beiden maakten er ook een waar spektakel van. De 2 stukken voor de toren waren geen garantie voor een makkelijke winst en dat bewees het vervolg. Het zal dan ook niemand bevreemden dat ik gewoontegetrouw weer als laatste achter het bord zat.

De volgende stand kwam op het bord met zwart aan zet.

Wit (Peter): Kg2 De3 Tf1 Lf3 Pb1 en g4 en pionnen op a3,d5,e4,g3 en h4.

Zwart: Kg7 Da4 Tf6 en f8 Pc5 en pionnen op b5,c4,d6 en g6

Hoewel de ergste tijdnood al weer voorbij was, taxeerde ik deze stand als gewonnen. Het voortreffelijke paard op g4 scheen vervaarlijk naar h6 en daarbij stond zwart’s dame wat afzijdig. Wat volgde was de moeite waard voor de overgebleven geïnteresseerden te beginnen met 39. Dc2+.

Om het niet nog complexer te maken 40.Kh3 (de beste) Txf3 41.Txf3 Txf3 42. Dxf3 Pxe4. Wat nu resteerde was het materiaalvoordeel op b1, maar die was zijn leven niet zeker. Het leek vreemd maar zwart had ogenschijnlijk gelijk spel en genoeg dreiging. Met 43. Pc3 was zwart verplicht te nemen met het paard Pxc3, maar daardoor kreeg ik controle over f6. Echter de wirwar van varianten in hevige tijdnood deed mij twijfelen welke voortzetting direct winnend was. Fritz toonde achteraf haarfijn aan dat mijn keuze niet de juiste was. Vervolgde met 44. Df6+ Kg8 en 45. De7. Zwart antwoordde met Df5 en pende het paard, wat de remise meteen veilig stelde.

Als ik op de 45^e zet Ph6+ Kh7 46.Df8 had gespeeld was mat niet meer te ontlopen of dameverlies op f5. Het schaakje op g8 is nl. niet te voorkomen bv. 46–. g5 47. Dg8+ Kxh6 48. Hxg5+ Kh5 49 g4++

Toch wel verklaarbaar de slechte nachtrust van afgelopen dinsdag.

De partij tegen Adri Haakman had op zet 35 de volgende stand,waarbij ik wit had.

Wit: Kh1 Dc8 Tc1 en h2, pionnen op a2,b2,e3 en g5

Zwart: Kf7 Dd6 Tf3 Lf5, pionnen op a7,b7,e4 en g7

Hier gaf Fritz een voordeel van (16.40!!) en ik presteer het om niet eens in tijdnood eenvoudig de dames op c7 te ruilen, waarna de partij alsnog remise werd.

Gewonnen had ik direct met 36. Tc7+, wat de dame kost of mat bv.

36.          Kg6

37. De8+ Kxg5

38. Th5+ Kg4

39. Txg7+ Lg6

40. Txg6+ Kxh5

41. Tg2+ Tf7

42. Dxf7+ Kh6

43. Dg7+ Kh5

44. Dg5++