Als het dinsdag is, moet dit De Huesmolen zijn (28)

Het programma is veranderd op deze dinsdagavond. Op de website is te lezen dat Ko van Gent mijn tegenstander is, maar ik zit nu tegenover Niels van der Mark.

Zo’n verandering komt vaker voor en vind ik ook niet erg. Er zijn nog wel eens late afzeggingen en het maakt me niet uit tegen wie ik speel. Toch is de partij tegen Niels een bijzondere, want ik heb wit. Net als de vorige vijf keren.

 

Voor de clubcompetitie hebben we sinds 1996 het viermaal tegen elkaar opgenomen, voor het Hoorns kampioenschap twee keer. In de zomer van 2001 vormden we ook de helft van een vierkamp met Jeroen Brandsma en Ko van Gent, maar die partijen tel ik in dit verband niet mee.

Zes partijen tegen Niels, zes keer de witte kleuren en vijf van de zes partijen eindigden in remise. Vorig jaar in de derde ronde van het Open Hoorns won ik en daar heb ik nu een beetje spijt van. Had eigenlijk ook remise moeten zijn.

Het grappige is dat dit vaker voorkomt. Vier keer was Ton van Dijk mijn opponent en vier keer speelde ik met zwart. Mijn laatste vijf partijen tegen Arend Stapel zijn met zwart, de laatste vier tegen Arnold van der Wolff  en Jan Tuinstra met wit.

In mijn eerste drie partijen tegen Gerard Groot zat ik achter de witte stukken, in de volgende vier achter de zwarte. Tegen Dirk Lont heb ik eerst driemaal met wit gespeeld en daarna driemaal met zwart en met enige trots mag ik de score uit de laatste vijf partijen melden: vijf remises.

Maar er zijn ook clubgenoten, waartegen ik keurig om en om (de ene keer met wit, de volgende keer met zwart) speel. Tegen Johan-Paul Hendriks, Gerrit van der Hoff, Aad Laan, Jan Smink en liefst achtmaal tegen Ruud Velthuis. En die scores? Ook keurig om en om.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *